zaterdag 25 februari 2012

AMBULANT, een toekomstvisie



AMBULANT, een toekomstvisie

Het was zijn gebruikelijke gang. Twee maal per week diende hij zich in de Stadskliniek meldden. Zijn bloed werd er geprikt en eventueel lichamelijk onderzoek gedaan. Ook kreeg hij dan de pillen voor de komende dagen uitgereikt. Dat was al een oude maatregel. Om zijn vrijwilligerswerk te kunnen behouden, moest hij medicijnen gebruiken. In vorige eeuw was er een ware suïcide-hype losgebroken toen de kennis van pilgebruik via Internet beschikbaar kwam en duidelijk werd dat met slechts weinig officiële pillen, ontzettend veel ellende kon worden aangericht. Daardoor werden er slechts zeer beperkte hoeveelheid pillen verstrekt. Enkele kennissen moesten zelfs dagelijks verschij­nen.

Doordat tevens de verslaafdenzorg en daklozenopvang zich in de nabijheid gevestigd hadden, werd de buurt door menig wandelaar doorkruist.

De groepen ontmoetten elkaar in het Inloopcentrum "De Steen", een gebouw dat met een grote ketting vastgeklonken was. "Anders wordt die ook gestolen", was een cynisch grapje dat in de wandelgangen de ronde deed. Goederen, wapens of drugs moesten bij de ingang worden afgegeven. De elektronische verklikkers waren al regelmatig gemold zodat het management het nu hield bij regelmatige politie-invallen. Bijna iedereen was nu in het bezit van een socio-creditcard, zodat de consumpties elektronisch konden worden afgerekend. Het aanbod werd gekenmerkt door sober en gezond; zelfs het alcoholvrije bier was gesneuveld.

De Catharijnesingel werd sinds twee jaar nog slechts bereden door taxi's en electrobus­sen. Mistroostig nam hij de betonmanie van de vorig eeuw waar en via een uitermate lelijke brug, gelukkig nu overgroeid met klimop, betrad hij het keurig onderhouden park, waar Wilderswerkers, middels privaat gefinancierde onderhoudsbanen , de paden en gazonnen onderhielden. Regelmatig een oude bekende groetend, maakte hij een kort ommetje naar de Poort, met zijn nu weer aanwezige Middeleeuwse bebouwing en fietstaxi-standplaats.

Het erbarmelijke tekort aan voorzieningen, ontmoetingsplaatsen en werk had hen in dit gedeelte van de oude stad bij elkaar gedreven. De sociale ellende hoopte zich op en kon slechts door streng politie-optreden en twijfelachtige jurisprudentie enigszins in de hand worden gehouden. Het naast elkaar plaatsen van psychiatrische en hulpverleningsvoorzieningen bleek niet zo'n gelukkige te zijn. Nog steeds durfde de samenleving niet in te zien hoe ziek ze was, ofschoon iedereen met de groeiende verpaupering, criminaliteit en agressiviteit geconfronteerd werd.

Het was het name het gebied rond de Kop van de Oude Gracht dat het loodje dreigde te leggen. De middenstand kon nog amper het hoofd boven water houden. Een unieke winkelstraat dreigde te verdwijnen.

Geschiedschrijvers zullen het nog moeilijk hebben om deze periode te beschrijven. De economische en milieucrisis; de burgeroorlogen en het geweld; de volksverdrijvingen en religieuze twisten maakten duidelijk dat er niet alleen sprake was van een maatschappelijke crisis, maar dat de mens zelf in crisis was. Het had zich een wereld geschapen die niets menselijks meer had.

Hij versnelde zijn pas om de toeristische paardentram te ontwijken die langzaam richting de Dom sukkelde, volgepakt met uniform geklede Japanners met camera's en andere apparatuur, een fietskoerier scheurde voorbij. Ze hadden de plaats ingenomen van bezorgdiensten nu benzine onbetaalbaar was geworden voor de gemiddelde Nederlander.

De economische crisis had de kloof tussen arm en rijk vergroot en ook in Nederland duidelijk gemaakt. Deze tweespalt kwam naar voren in de combinatie van luxe winkelss en tweedehands-rommelzaken en vooral het grote aantal cafés. 's Nachts boden de plantsoenen, kerken en musea talrijke slaapplekken aan de talloze daklozen en illegalen, die Utrecht rijk was. Gelukkig was nu het al lang leegstaande gebouw van Expert gekraakt door een aantal idealisten, die er een 24-uursopvang van wilden maken.

Op dit moment was er sprake van een status-quo en het pand, met wapperende vlaggen getooid, werd schijnbaar onopvallend door de politie geobserveerd. De kraak was het gesprek in het Inloopcentrum geweest en had de anders gescheiden groepen tijdelijk verbroederd.

De ingang naderend zag hij het bord staan. Alleen de woorden "Excuses voor het ongemak" waren nog te lezen; de rest van het bord was met klimop overwoekerd. In het voorportaal trok hij een nummertje. Je moest daarna wachten tot het nummer oplichtte, waarna je de gekleurde pijlen moest volgen. Er waren zo'n zestal routes. Prive-verzekerden werden door een hostess begeleid.

Doordat het aantal opgenomen patiënten was teruggebracht, konden de vrijgekomen ruimten voor ambulante behandeling en privéklinieken worden gebruikt.

Het ziekenhuis was ingericht in sectoren al naar diagnose. Zo werden de afdelingen ook genoemd, naar de betreffende hoofdstukken in DSM-V.

Nog steeds was tijd iets waar je als patiënt ruimschoots over beschikte en het ziekenhuis niet. Dit leidde nog steeds tot lange wachttijden zeker als het computersysteem weer eens plat was gegaan door een virus of systeemfout. Het was met name ergerlijk omdat afspraken standaard op je vrije dag werden gepland, voor de overige vier dagen was je verplicht om een dagbeste­ding vinden. Lukte dat niet of wilde je dat niet dan werd je doodleuk van verdere begeleiding uitgesloten.

Aan de gracht was sinds enige tijd een particulier bureau voor case-management gevestigd, dat je daarbij, tegen betaling, kon helpen. Je persoonsgebonden budget liet dat in veel gevallen niet toe.

Toen z'n nummer opflitste bleek dat hij niet de blauwe maar de gele route moest volgen. Dat betekende een IC, een intensieve controle. Daar ging zijn dag!"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten